Bunker 8

Bunker 8:
de Wurzburg Riese Blau.

Deze volgradar had samen met de Wurzburg Rot, de Freya en de Wasserman een belangrijke functie in de luchtoorlog. In April 1942 worden deze voor het eerst genoemd door de geallieerden.
Bijzonder is het verhaal hoe de eerste Britse commandorate o.l.v. John Frost bij Bruneval de essentiele onderdelen van deze radar te pakken kreeg.
Operatie Biting

Op 4 april 1942 werd medegedeeld dat 2 zgn. Riesengeräte en een Freya geräte waren opgesteld, op de 2 uiterste hoeken aan de  westzijde van het vliegveld

De eerste aanzet om te komen tot een radarstelling en uitbreiding van bunkers was hiermee gegeven.
De ontwikkeling van het Würzburg-systeem begon al vóór de oorlog, door het Duitse concern Telefunken. In 1939 werd aan de Wehrmacht een systeem gedemonstreerd dat een stuk luchtafweergeschut bestuurde. De demonstratie was succesvol, waarna de Würzburg in productie werd genomen. Het bereik van deze versie was ongeveer 30 kilometer. In 1941 werd een vergrote versie van de Würzburg-radar geïntroduceerd: de Würzburg Riese (reuzen-Würzburg). Deze had een sterkere zender, waardoor het bereik werd uitgebreid tot circa 70 kilometer. Plannen voor een Würzburg Gigant (FuMG 65) werden nooit gerealiseerd.
In totaal zijn meer dan 3.000 stuks van de diverse types Würzburg gebouwd.

Deze bunker was dus onderdeel van de Stelling Biber (Stp XXII HL), een Duitse radarcommandostelling uit WOII. Deze uit 97 bouwwerken bestaande stelling speelde een belangrijke rol in de luchtverdediging van de Duitsers, gebruikt om de geallieerde vliegtuigen ( voornamelijk bommenwerpers) die onderweg waren naar Duitsland, met behulp van radarapparatuur te onderscheppen.

De Biberstelling was gepositioneerd in de Atlantikwall, een verdedigingslinie die liep vanaf het puntje van Noorwegen tot aan de zgn. Vichylijn in Frankrijk (net boven de Pyreneeën). Deze Atlantikwall was door de Duitsers ontworpen als verdedigingslinie tegen een geallieerde invasie vanaf zee.

De Stelling Biber is na de oorlog behouden gebleven, behoudens enkele bunkers die direct aan de kust vanwege de Deltawerken zijn verwijderd. Dankzij het Zuid-Hollands Landschap en de Stichting Biberbunker Oostvoorne is de Stelling nog te bezichtigen, mede door de natuur ecologische waarde, maar ook vanwege de culturele waarde. Merendeel van de bunkers worden ‘bewoond’ door vleermuizen, die hier overwinteren, een functie die heel belangrijk is en dus niet verstoord mag worden. Het Zuid-Hollands Landschap ziet hier streng op toe.

De Stichting Biberbunker Oostvoorne houdt e.e.a mede in stand middels een 3½ uur durende rondleiding in de unieke radarbunker Biber, ook hier in deze stelling aanwezig. Maar ook een separate Duin- Bunkertour maakt deel uit van het rondleidingenpakket van de Stichting.
Voor interesse of het volgen van een rondleiding kijk op onze website
www.biberbunker.nl
   .